Villagers

Conor O’Brien legt ziel in handen van muisstil luisterend publiek

Eigenlijk vat de titel van het laatste nummer dat Conor O’Brien vanavond met zijn Villagers in de toegift speelt alles samen.’ Courage’, ofwel moed. Moed in de betekenis van ‘lef hebben’. Het lef om wat de zalen en de muziek betreft een stapje terug te doen. Van de grote zaal van Paradiso naar het veel kleinere Paradiso Noord. Van rijk georkestreerde nummers naar een veel soberder uitvoering. Maar ook de moed om ‘uit de kast’ te komen en openlijk te praten (en te zingen) over het feit dat hij op mannen valt. Courage van het begin dit jaar verschenen album ‘Where Have You Been All My Life?’.

Villagers

Vijf keer eerder stond Conor O’Brien met zijn Villagers als hoofd-act op het podium van Paradiso. Vijf optredens, vijf verschillende aankondigingen. Variërend van ‘licht avant-gardistische indie-rock uit Ierland’ (2010) tot ‘kippenvelpop’ en ‘vindingrijke folkpop’ (2015). Vanavond is gekozen voor de aankondiging ‘vindingrijke doortastende folkpop’.

Is de muziek van O’Brien verschoven van ‘rock’ naar ‘folk’? Misschien wel, maar er is zoveel meer. De momenten van kippenvel in bijvoorbeeld My Lighthouse en de overgangen van hard naar zacht (en weer terug) in The Waves. Of de zelfreflectie die spreekt uit So Naive. Drie nummers die terug te vinden zijn op het recent verschenen album van Villagers.

Ye Vagabonds

Je hebt van die voorprogramma’s waarbij je je afvraagt ‘waarom juist deze combinatie?’. Niet bij de Ierse formatie Ye Vagabonds die vanavond openen voor Villagers. De band bestaat uit Brian en Diarmuid Mac Gloinn. Twee broers uit Dublin die een dag eerder zijn ingevlogen om tot en met 28 februari met Villagers door Europa te toeren. De muziek? Een mix van traditionele en meer moderne Ierse volksmuziek, waarbij niet gekeken wordt op een instrument meer of minder. Met nummers van hun EP ‘Rose & Briar’ (2015) en songs bedoeld voor een dit jaar te verschijnen eerste album. Een prima te verteren voorprogramma.

Conor O’Brien

Tijdens een gastoptreden bij John Grant in mei 2013 realiseert Conor O’Brien zich dat het ook anders kan. Open zijn over je geaardheid en je niks aantrekken van de heersende moraal. Schrijven, zingen en praten over de dingen die pijn doen en hebben gedaan. Over de liefdes van toen en nu. Het roer moet om. In zijn persoonlijke leven, in zijn muziek en in zijn optredens.

Villagers

En het roer gaat om, zo blijkt vanavond. Op het podium zien we een meer zelfbewuste Conor O’Brien. Een Conor O’Brien die openlijk praat en zingt over de homofobie die heeft ervaren (Hot Scary Summer) en mensen daarmee confronteert (Little Bigot). En een Conor O’Brien die, bevrijd van z’n keurslijf en begeleid door een uitstekende band, het publiek muisstil weet te krijgen en te houden. Want wat klinkt het mooi, de Villagers anno 2016.

Prachtig zelfs, van de opener Memoir – door O’Brien geschreven voor Charlotte Gainsbourg en verschenen op haar album ‘Stage Whisper’ en nu dus weer ‘terug gestolen’ omdat het perfect past bij de sfeer van ‘Where Have You Been All My Life?‘ – tot en met het ingetogen No One To Blame waarmee de reguliere set wordt afgesloten. Met alleen Conor O’Brien en Mali Llywelyn (harp, toetsen, zang) op het podium. Prachtig om te zien ook hoe Danny Snow opgaat in zijn spel op de staande bas. En wat een geweldenaar is Gwion Llywelyn op drums en flügelhorn

Villagers

Om uit de vanavond gespeelde nummers een favoriet te kiezen is lastig. Misschien The Soul Serene, waaruit de albumtitel afkomstig is? Of het rustige I Saw The Dead, afkomstig van het uit 2010 daterende debuut-album ‘Becoming A Jackal‘? Of toch het hardere en eveneens van dit laatstgenoemde album afkomstige The Pact (I’ll Be Your Fever)? Ach, soms is kiezen helemaal niet nodig. Het waren gewoon negentien pareltjes.

Tekst en Foto’s: Herman Sixma

Website Villagers

Copyright 2020 LiveStreamMagazine © All Rights Reserved

LiveStreamMagazine